Infiltratieonderzoek
Met een infiltratieonderzoek kan zowel de horizontale áls verticale waterdoorlatendheid van de bodem bepaald worden. Betrouwbare gegevens over de lokale doorlatendheid van de bodem zijn cruciaal bij waterhuishoudkundige afwegingen. Tevens fungeren deze gegevens als basis voor verdere (model)berekeningen en advisering.
De horizontale doorlatendheid wordt veelal bepaald door gebruik te maken van peilbuizen, waarin een pompproef wordt verricht. Een milieukundige peilbuis volstaat meestal niet, omdat voor het bepalen van de doorlatendheid de peilbuizen in de ‘meest doorlatende bodemlaag’ dienen de staan. De pompproef in een peilbuis of infiltratieproef in een boorgatgeven een goed beeld van de horizontale doorlatendheid.
Verticale doorlatendheidsmetingen zijn veel minder bekend. Voor specifieke situaties is juist die doorlatendheid van belang, zoals bij het ontwerp van Wadi’s of waterdoorlaatbare verharding. Onderzoek volgens het principe van de ‘dubbele ring infiltrometer’ – zie hieronder – is daar een mooi voorbeeld van. Hierbij wordt middels het meten van de absolute (water-)verlaging in de infiltratiering, de verticale doorlatendheid (k-waarde) berekend.