Omgevingswet en het Besluit Activiteiten Leefomgeving (BAL)
Onder de Omgevingswet wordt onderscheid gemaakt tussen graven en saneren. Dit onderscheid dient te verduidelijken dat ‘saneren’ expliciet gericht is op het realiseren van een schonere bodem en ‘graven’ gekoppeld is aan een activiteit waarvoor grond tijdelijk dient te worden uitgenomen of te worden afgevoerd. Bij graven is er dus sprake van projectmatig grondverzet. De begrenzing van de graafwerkzaamheden wordt bepaald door de contouren van een activiteit. Voor graven in grond boven de interventiewaarde was onder de Wbb een BUS-melding of saneringsplan nodig, waarmee het bevoegd gezag moest instemmen, dan wel een beschikking op moest afgeven. Onder de Omgevingswet is voor graven geen vergunning meer nodig, wel geldt een informatieplicht, soms gecombineerd met een meldingsplicht. De milieubelastende activiteit bepaalt welke verplichting geldt en welke informatie en gegevens en/of bescheiden voorafgaand aan de activiteit dienen te worden aangeleverd.
Melding en informatieplicht
Voor de milieubelastende activiteit, graven in grond met een kwaliteit boven de interventiewaarde, geldt zowel een informatie- als een meldingsplicht.
De graafwerkzaamheden dienen ten minste vier weken voor de start van de werkzaamheden te worden gemeld aan het bevoegd gezag.
Meldingsplicht
Vier weken voor de start van de activiteiten onder paragraaf 4.120 van het BAL dient een melding te worden gedaan in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (verder te noemen DSO). De melding dient de volgende gegevens te bevatten:
- de uitgevoerde (bodem)onderzoeken;
- gegevens over de ontgraving, aangeduid op een kaart, inclusief dwarsprofiel;
- het bodemvolume (m3) waarbinnen de activiteit wordt verricht;
- de te verwachten hoeveelheid terug te plaatse grond (m3);
- de te verwachten hoeveelheid af te voeren grond (m3).
Informatieplicht
Ten minste 4 weken voor het begin van de activiteit verstrekt de initiatiefnemer via het DSO de volgende gegevens en bescheiden:
- de begrenzing van de locatie waarop de activiteit wordt verricht;
- de verwachte startdatum van de activiteit;
- de verwachte duur van de activiteit;
- de aanleiding en het doel van de activiteit.
Minimaal 1 week voor het begin van de activiteit verstrekt de initiatiefnemer de volgende gegevens en bescheiden:
- naam en adres van de BRL SIKB 7000 erkende aannemer);
- Wie de milieukundige begeleiding verricht (naam en adres, zowel van de volgens de BRL SIKB 6000 erkende onderneming als van de persoon).
Ten hoogste 1 week na het beëindigen van de activiteit verstrekt de initiatiefnemer de gegevens en bescheiden zoals vermeld in artikel 4.1234 van het Bal:
- de datum van de beëindiging van de activiteit;
- aangezien er sprake is van milieukundige begeleiding dienen aanvullend de volgende gegevens worden toegevoegd:
- Gegevens over de ontgraving aangeduid op een kaart en op een dwarsprofiel;
- De bestemming van de grond die is afgevoerd;
- Bijzondere omstandigheden die zich hebben voorgedaan.